|
|
Vallestappers op het Grote Rivierenpad
Jans verslag van etappe 4: Hemmen - IJzendoorn |
dinsdag 6 maart 2018
Het is gelukt om qua agenda en het weer vandaag de volgende etappe te plannen. Met name het weer werkt geweldig mee. Vorige week
ijskoud met een straffe, gure wind uit het Oosten en vandaag lenteachtig weer. Prima werk van onze meteoroloog Pieter, ofschoon
hij zich wel een beetje indekt met: "Er is wel kans op een buitje".
Na de koffie met koek pakken we de vertrouwde route richting Nijmegen en vervolgens de A15 richting Rotterdam. Na de afslag 34
Echteld volgt een vreemde kronkel om in de richting Echteld te komen. De navigatie en de richtingaanwijzers helpen ons op de
goede weg.
De Waalbandijk met de aansluiting op de Heersweg ligt afgelegen. Daarom wijken we voor een betere parkeerplaats uit naar de
groenstrook naast de Spijkerseweg 1, een grote fruitkwekerij. Een isolatiebedrijf is bezig met een grote kraan. Bij de melding,
dat we hier graag willen parkeren komt de reactie: "Is geen probleem, maar zet de auto een eindje verder weg. Als er iets uit
de kraan valt is dat niet zo best voor de auto".
Wandelschoenen worden aangedaan en Wim rijdt met behulp van de navigatie naar Hemmen. Hij zet de auto wat scheef op een parkeervak
en dat levert het nodige commentaar op. Een andere bezoeker parkeert ook wat scheef, maar zet zijn auto recht op de parkeerplek.
Twee mannen stappen uit en halen allerhande gereedschap, zoals een zaag, een stok met een kromme haak, een bijltje, grote handschoenen
en ander gereedschap te voorschijn.
De heren blijken heggenvlechters te zijn. Zij doen dit op vrijwillige basis en houden de meidoorn-vlechtheggen in goede conditie.
Wim zet intussen zijn auto beter in het gareel: "Om verder commentaar op deze dag te voorkomen!". In het korte gesprek met de
heggenvlechters blijkt, dat zij met ons overeenkomsten hebben, zoals het lopen van het Pieterpad.
De mannen lopen met hun gereedschap het park rond de kasteelruïne in. Wij gaan 180 graden de andere kant op door een
voetgangerssluisje. Rond half tien beginnen aan etappe 4. Volgens planning moet het ongeveer 18 km worden.
Mooie verharde paden brengen ons richting spoorbaan. Naast het pad zien we het resultaat van de heggenvlechters. Goed
verzorgde meidoornheggen tussen het pad en de weiden. Misschien belangrijker, althans voor Ron, staan hier prachtige oude
knotwilgen. Het pad komt bij het spoor uit en loopt een eind parallel richting het stationnetje Hemmen-Dodewaard.
Langs het pad staat een meidoorn-vlechtheg. Duidelijk is te zien hoe de heg wordt opgebouwd. Vlak boven de grond worden takken
van de meidoorn ingezaagd, geknakt en gevlochten tussen de andere takken. In de heg staan om de halve meter paaltjes en bovenaan
moeten wilgentwijgen worden gevlochten Die liggen al klaar langs de heg. Petje af voor de vrijwillige heggenvlechters, want het
moet een enorm karwei zijn.
Vanaf het station komt een boemeltje van Arriva onze kant op. Zijn einddoel is het Centraal station van Arnhem. De spoorbaan steken
we over. Iets verder met een flinke klim omhoog naar het viaduct over de Betuwe spoorlijn en de A15. We zien zowaar al de derde
goederentrein van vandaag op dit spoor.
Ten oosten van Dodewaard lopen we naar het gehuchtje Hien. We zien de dijk al liggen, maar de route voert ons eerst door het
gehucht. We wandelen langs het pittoreske kerkje. Achter een raam huisvlijt van de bewoners: Enkele poppen houden ons in de gaten.
Op de dijk genieten we van het weidse uitzicht over de Waal. Bij een groot, mooi opgeknapt, pand langs de dijk staat een bank.
Wim: "Het lijkt wel een gemaal".
Afijn, een mooi plekje om te pauzeren en een gevulde koek van Wim op te peuzelen.
Jan gaat de dijk af om eens kijken aan de andere kant van het gebouw. Het blijkt een groot uitgevallen schuur te zijn. Leden van
de muziekvereniging Amicitia hebben het opgeknapt en het is nu hun clubgebouw. De vereniging is al meer dan 100 jaar jong.
Wij maken een klein ommetje door Dodewaard. De eerste reactie is "Moet dat? Op de dijk is het zeker zo mooi". Het valt niet tegen.
In het parkje is het resultaat te zien van de storm van januari. Een ravage van omgevallen en geknakte populieren.
Terug op de Waalbandijk vraagt Jan aan een mevrouw, die haar honden uit laat: "Staat hier nog ergens de atoomcentrale?". Reactie:
"Ja, richting Nijmegen staan langs de Waal enkele gebouwen van de centrale. Vanaf deze plek net niet te zien". Vanaf Hien lopen we
op de dijk, dus we hebben het inderdaad gemist. Met streetview van Google is het in beeld te brengen:
Op de dijk zien we formaties ganzen voorbijvliegen. Er cirkelen ook een stuk of tien grote vogels om elkaar heen. Jan: "Zijn het
ooievaars?"
Wim: "Ik geloof van niet." Helaas loopt onze ornitholoog Pieter met Henk te ver vooruit om uitsluitsel te geven. Later
komt de conclusie, dat het kraanvogels zijn.
Ter hoogte van Snor (aparte naam!) gaan we de Ochtense Buitenpolder in over de Oude Veerweg. Langs de klinkerweg naar de aanlegsteiger
van het pontje Druten - Ochten staan banken. Een uitgelezen plek in de uiterwaarden en vlakbij de Waal om een boterham te eten.
De Ochtense Buitenpolder ook Gouverneursche polder genaamd moet een speciaal natuurgebied worden. Deze informatie staat in het
wandelboekje. Op een bord is vermeld, dat het Wandelplatform LAW inbreng levert om te zorgen voor wandelvoorzieningen.
Getuige het pad richting Ochten is nog veel werk te verrichten aan de wandelvoorzieningen! Het is een langdurig project, dus wandelaars
zullen geduld moeten hebben.
In een grote plas, in open verbinding met de Waal, zijn vijf mannen bezig vissen uit te zetten. Het zijn grote exemplaren. Vissen,
die op de oever terecht zijn gekomen, worden in een emmer verzameld om ze daarna alsnog in de plas te deponeren.
Bij Ochten weer een stukje over de dijk. Een bank onderaan de dijk wordt benut om even te pauzeren. Er passen maar vier man op.
Jan rust uit op een grote betonnen paal.
Wim en Pieter kijken op hun smartphone naar informatie over passerende vrachtboten. Tegenwoordig is er een app voor. Pieter: "Dat
daar is de Wilson, die gaat naar Duisburg. De boot staat ingeschreven op Barbados." Henk: "Ik zie geen vlag". Alles is op internet
te vinden en real-time. Pieter: "Kijk maar" en hij laat het resultaat op zijn mobieltje zien.
Terug naar de dijk blijken bij een uitspanning veel meer banken te staan. Henk en Wim: "Pieter, kijk eens, zelfs een bank van de
Rabobank". Pieter wordt er niet warm of koud van. De Rabobank is voor hem verleden tijd.
De route loopt langs een grote overnachtingshaven voor vrachtschepen. Aanlegsteigers met allerlei voorzieningen. Het ziet er prima uit.
Wij moeten over klinkerpaadje terug naar de dijk en gaan linksaf richting IJzendoorn. Opnieuw een typisch kerkje aan de dijk.
Gelukkig hoeven we niet op de dijk te lopen, maar kunnen onderlangs de dijk over een verhard pad, dat later een graspad wordt.
Op de Waal een gele boot. Eerst denken we aan een politieboot, maar het blijkt een vaartuig van Rijkswaterstaat te zijn.
Bij IJzendoorn gaan we naar beneden door de uiterwaarden over de Waardweg, een asfaltweg. Links een wal, die afgerasterd is. Af
en toe een poort met een bord met de waarschuwing, dat je er 's nachts niet mag verblijven. Pieter: "Waarvoor zou dat nou zijn?".
De nieuwsgierigheid wint het. Jan: "Ik ga eens kijken wat er achter de dijk ligt". Pieter heeft er geen zin in. Hij wacht wel
op de foto's. Wim, Ron en Jan: "Prachtig hier, kom eens kijken". Pieter is niet te vermurwen.
Pieter wordt overigens wel verwend. Zijn vriend, de blauwe reiger, komt speciaal voor hem dichterbij zitten. Vandaag hebben
we er meer gezien.
Op de splitsing met de Heersweg is in de verte de hoge brug over de Waal bij Tiel te zien. De volgende etappe moeten we daar overheen.
Bij de Heersweg rechtsaf en terug naar de Waalbandijk. Achter de dijk ligt de hoge loods van de fruitkweker Van Westreenen,
waar de auto van Henk geparkeerd staat. Het eindpunt nadert.
Ron en Jan merken op, dat we hier enkele weken terug met het hoge water niet hadden kunnen lopen: "De rommel hangt bijna twee
meter hoog in de boompjes". Nu is alles opgedroogd. We steken de dijk over. Het huis voor de enorme loods, 't Spijker geheten,
is van 1894.
Om tien voor drie zijn we bij de auto en geeft Pieter de kengetallen: "We hebben vier uur en 27 minuten gelopen met een gemiddelde
van 4,2 km per uur en 18.620 meter afgelegd". Dit komt aardig overeen met de geplande afstand. Onderweg hebben Pieter en Wim
voortdurend de afstanden vergeleken met soms flinke verschillen. Gelukkig zijn we samen op dezelfde plek gearriveerd.
Na een kleine omzwerving door de Betuwe rijdt Henk naar Hemmen. Vervolgens via de bekende route naar Nuenen. Rond vier uur
arriveren we bij Café Schafrath, waar we een afspraak hebben met Pauline van Empel - Rooijackers en Leo van de Sande van de
Nuenense Stichting Doctors for Mozambique.
Wij, De Vallestappers, leggen voor elke gelopen kilometer een euro opzij voor een goed doel. Enkele jaren geleden zijn we met
deze Nuenense Stichting in aanraking gekomen. De werkwijze, het doel en de manier waarop ze hun doelstelling: De financiering
van de opleiding van medische studenten realiseren spreekt ons aan. Zie hun website: www.doctorsformozambique.org
Er blijft geen geld "aan de strijkstok" hangen, het is een Nuenense stichting en daarom geven wij voor de derde keer een donatie.
Wij raken in een geanimeerd gesprek bij een biertje, een wijntje en bitterballen. Pauline en Leo geven toelichting op het werk
van de Stichting. De Stichting bereikt mooie resultaten. Vooral de ïcontinuïéteit proberen ze te waarborgen. Wij zijn blij een
bijdrage te kunnen leveren. Pieter heeft een oorkonde gemaakt en reikt deze uit aan Leo en Paulien: "Jullie ontvangen € 500 en
die maak ik vanavond of morgen over".
Een foto bevestigt de overdracht en met de duim omhoog van Leo bedanken zij ons: "Wij hopen, dat jullie nog vele kilometers lopen
en aan ons blijven denken".
De benen worden wat strammer, maar we doen ons best.
Een vakantie van Jan onderbreekt het veertiendaagse ritme. Op 10 april hopen we de volgende etappe te lopen naar Erichem.
Terug naar boven
|
|
|